Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen

 

Artikel 67 Betaalbaarstelling
1
Het UWV betaalt de uitkering waarop op grond van deze wet recht bestaat. De betaling geschiedt in termijnen van een kalendermaand.
2
Het UWV kan een uitkering over een door hem te bepalen tijdvak als voorschot betaalbaar stellen, indien onzekerheid bestaat over het recht op of de hoogte van die uitkering of de hoogte van het te betalen bedrag aan uitkering. Een verleend voorschot wordt verrekend met het definitief vastgestelde bedrag aan uitkering dat over het desbetreffende tijdvak wordt betaald.
3
Onverminderd het tweede lid, schort het UWV de betaling van de uitkering op of schorst het de betaling, indien het op grond van duidelijke aanwijzingen van oordeel is of het gegronde vermoeden heeft dat:
a
het recht op uitkering niet of niet meer bestaat;
b
recht op een lagere uitkering bestaat;
c
de persoon, die recht heeft op een uitkering of zijn wettelijke vertegenwoordiger een verplichting als bedoeld in artikel 27, 28, 29 of 30 of een instelling als bedoeld in artikel 71 een verplichting als bedoeld in artikel 27, niet of niet behoorlijk is nagekomen.
4
In geval de uitkering, bedoeld in het eerste lid, in het buitenland wordt uitbetaald worden de daaraan verbonden kosten van overmaking op de uitkering in mindering gebracht.
5
Wanneer de persoon, die recht heeft op een uitkering op grond van deze wet, een ander machtigt om de uitkering in ontvangst te nemen, onderscheidenlijk een verleende machtiging intrekt, wordt daaraan gevolg gegeven met ingang van een betalingstermijn, aanvangende na de dag waarop de machtiging wordt ingediend, onderscheidenlijk waarop van haar intrekking mededeling wordt gedaan, doch niet later dan de eerste dag van de tweede maand na de dag van indiening onderscheidenlijk intrekking van die machtiging.
6
Bij ministeriƫle regeling kunnen regels worden gesteld inzake de betaalbaarstelling van de uitkeringen op grond van deze wet door organen die belast zijn met de uitbetaling van invaliditeitsuitkering of pensioen uit andere hoofde dan op grond van deze wet.
7
Het UWV kan onder door hem te stellen voorwaarden, op verzoek van de in het zesde lid bedoelde organen, gelijktijdig met een uitkering op grond van deze wet, invaliditeitsuitkeringen of pensioenen verschuldigd door die organen, betaalbaar stellen.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
  •